CRvB: compensatie transitievergoeding óók bij een slapend dienstverband van voor 1 juli 2015
Werkgevers opgelet: had u werknemers in dienst waarvan de termijn van twee jaar arbeidsongeschiktheid is verstreken voor 1 juli 2015, maar waarvan het dienstverband pas ná 1 juli 2015 is geëindigd? Al dan niet na een slapend dienstverband? Dan kunt u aanspraak maken op compensatie van de transitievergoeding, zo bepaalde de Centrale Raad van Beroep (CRvB) onlangs.
Hoe zit het ook alweer met het slapend dienstverband?
Als een werknemer ziek is, moet u als werkgever het loon twee jaar doorbetalen. Is de werknemer na twee jaar nog steeds ziek en heeft u geen passend werk? Dan kunt u een ontslagvergunning aanvragen bij het UWV. Sinds 1 juli 2015 moet u de werknemer in zo’n geval een transitievergoeding betalen.
Omdat veel werkgevers er weinig voor voelden om bij ziekte na twee jaar loondoorbetaling ook nog een transitievergoeding te betalen, lieten zij in het verleden het dienstverband nog wel eens in stand, waardoor er een zogenaamd slapend dienstverband ontstond. Bij een slapend dienstverband ontslaat de werkgever werknemer niet en heeft de werknemer dus ook geen recht op transitievergoeding.
Omdat rechters en de wetgever dit een onwenselijke situatie vonden, is op 1 april 2020 de Regeling compensatie transitievergoeding in het leven geroepen. Sinds die datum kunnen werkgevers bij het UWV compensatie aanvragen voor de transitievergoeding die zij hebben betaald aan langdurig arbeidsongeschikte werknemers. Deze regeling werkte terug tot 1 juli 2015, waardoor zij ook compensatie konden aanvragen voor transitievergoedingen die zij tussen 1 juli 2015 en 1 april 2020 hadden uitgekeerd.
Twee jaar ziek voor 1 juli 2015, ontslag ná 1 juli 2015
Maar wat deed het UWV? Het UWV wees alle aanvragen af voor werknemers waarvan de termijn van twee jaar arbeidsongeschiktheid was verstreken vóór 1 juli 2015, maar waarvan het dienstverband pas na 1 juli 2015 was geëindigd. Het UWV legde de wet hierbij beperkt uit, door zich op het standpunt te stellen dat de regeling slechts gold voor gevallen waarin de twee jaar ziekte eindigde ná 1 juli 2015.
Deze situatie deed zich overigens niet alleen voor bij werknemers met een slapend dienstverband. Het UWV wees ook compensatieaanvragen af in gevallen waarin de werkgever voor 1 juli 2015 een loonsanctie had opgelegd kregen die pas na 1 juli 2015 afliep.
CRvB fluit UWV terug
In de uitspraak van 1 juni 2022 heeft de CRvB het UWV nu teruggefloten. De CRvB oordeelt namelijk dat het UWV de wet verkeerd uitlegt en dat werkgevers in deze situatie, gelet op de tekst van de wet, de wetsgeschiedenis en het doel van de compensatieregeling, wél recht hebben op compensatie.
Vragen?
Op dit moment is nog niet duidelijk wat de gevolgen zijn voor vergelijkbare, nog lopende zaken en voor zaken waarin werkgevers geen bezwaar of beroep hebben ingesteld.Als u hier vragen over heeft kunt u contact opnemen met Linda Bijl, via l.bijl@oprecht.nl of telefoonnummer 0229-285070.