In de hippische wereld is al een aantal jaar een rechtszaak gaande over de verkoop van het voormalige toppaard Handsome O. Deze zaak sleept als sinds begin 2015 en wordt inmiddels ook wel ‘de paardensoap’ genoemd. Los van de elementen die deze zaak tot een soap maken, zit er ook een aantal interessante juridische elementen aan. Over consumentenkoop bijvoorbeeld, het moment van levering en bewijsvermoedens.

Waar draait de zaak om?

In februari 2015 wordt Handsome O. op een veiling voor € 300.000 verkocht aan een Noorse paardenhandelaarster. Zij koopt het paard als cadeau voor haar dochter, die er dressuurwedstrijden mee wil gaan rijden. Voor en tijdens de veiling is Hansome O. volledig gezond.

Tien dagen na de veiling wordt Handsome O. afgeleverd in Noorwegen. Vier dagen later valt op dat het paard een zogenaamde ‘hanentred’ heeft. Dat wil zeggen dat hij tijdens het stappen één van de achterbenen duidelijk hoger optrekt dan het andere. Hanentred is een aandoening aan het zenuwstelsel en kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan het veroorzaakt worden door het eten van giftige planten, maar ook het gevolg zijn van een verwonding, of door schade in het centrale zenuwstelsel. De behandeling van hanentred is moeilijk. Meestal betekent het het einde van de (sport)carrière van het paard. Zo ook bij Hansome O., al wordt uit de uitspraak niet duidelijk in welke gradatie de aandoening zich bij hem voordoet. Bovendien kan de koper het paard nu niet meer als dekhengst gebruiken.

De koper van het paard wil vanwege de hanentred de koop ontbinden. Zij stelt dat het paard haar ‘kreupel’ is verkocht. De verkoper stelt dat Handsome O. het trauma waarschijnlijk in Noorwegen heeft opgelopen, nadat hij bij de koper was afgeleverd. Tijdens de rechtszaak moet de rechter een aantal juridisch interessante vragen beantwoorden:

  • Is er sprake van consumentenkoop?
  • Wanneer is de hanentred ontstaan en wie moet dat bewijzen?

Consumentenkoop

De koper wil de koopovereenkomst ontbinden op grond van het feit dat het paard niet aan de overeenkomst voldoet (non-conformiteit zoals bedoeld in artikel 7:17 van het Burgerlijk Wetboek). De paardenhandelaarster stelt dat er sprake is van consumentenkoop. Omdat consumenten vaak een kennisachterstand hebben, worden zij door de wet beter beschermd. De verkoper van Handsome O. stelt dat er geen sprake is van consumentenkoop omdat de koper zelf professioneel met paarden werkt, veel kennis van paarden heeft en vaker paarden op een veiling aankoopt.

De kantonrechter stelt op dit punt de koper in het gelijk. Het Nederlands recht werkt met een subjectieve benadering van consumentenkoop. Volgens deze benadering wordt een koper die de gekochte zaken voor privédoeleinden gebruikt aangemerkt als consument, ook al is zij een professionele paardenhandelaarster. Omdat koper het paard als cadeau voor haar dochter kocht is er hier sprake van consumentenkoop.

Wanneer is de hanentred ontstaan en wie moet dat bewijzen?

Omdat er sprake is van consumentenkoop is het in dit geval, op grond van artikel 7:18 lid 2 van het Burgerlijk wetboek, aan de verkoper om te bewijzen dat het paard bij de levering wél voldeed aan de overeenkomst en dus géén hanentred had. Op grond van dit artikel is er namelijk sprake van een zogenaamd ‘bewijsvermoeden’. Dat wil zeggen dat wordt vermoed dat de zaak bij aflevering niet aan de overeenkomst heeft beantwoord, als de afwijking van het overeengekomene zich binnen een termijn van zes maanden na aflevering openbaart, behalve als de aard van de zaak of de aard van de afwijking zich daartegen verzet.

Over het feit dat Handsome O. een hanentred heeft twijfelt ook de verkoper niet: meerdere deskundigen hebben dat geconcludeerd. Daarnaast twijfelt niemand over het feit dat de afwijking zich binnen zes maanden na levering heeft geopenbaard. De koper twijfelt wél over het moment waarop de hanentred is ontstaan en wil natuurlijk niet instaan voor gebeurtenissen die zich hebben voorgedaan bij de verkoper.

Op basis van getuigenverklaringen en filmbeelden van vlak voor vertrek naar Noorwegen lukt het de verkoper om het bewijsvermoeden te weerleggen. Bovendien verklaart een getuige dat zij in de eerste dagen na de levering niets geks heeft waargenomen. Pas nadat zich in Noorwegen een incident heeft voorgedaan neemt een andere getuige voor de eerste keer hanentred waar.

Goed nieuws dus, voor de verkoper. Maar hij kan nog niet opgelucht ademhalen. Op grond van de wet krijgt de koper namelijk nog een keer de mogelijkheid om te bewijzen dat Handsome O. ten tijde van de levering al wél een hanentred had. Zoals het een echte soap betaamt wordt de zaak dus vervolgd.

Conclusie

Hoe ingewikkeld het verbintenissenrecht kan zijn blijkt uit deze zaak, zeker als er sprake is van levende dieren en een wellicht niet altijd even goed zichtbaar gebrek. Het is dan ook verstandig om paarden vlak voor de levering uitgebreid te fotograferen en filmen in stap, draf en galop, zowel aan de hand als onder het zadel.

Heeft u vragen over dit onderwerp? Of wilt u advies over overeenkomst of consumentenkoop? Neem dan contact op met Oprecht Advocaten, onze specialisten (hippisch) verbintenissenrecht staan voor u klaar!